Je weet me te vinden hè
Hoewel social media ons wel eens anders laten geloven, is het leven niet alleen maar rozengeur en maneschijn. Dat is iets wat in ons werk maar al te duidelijk wordt.
Het leven kent heel veel prachtige momenten. Momenten waar we, in de hectiek van het dagelijks leven, soms zomaar langsheen leven. Druk met de dagelijkse bezigheden en alles wat móet gebeuren. En ja, zelfs als je bijna dagelijks met de dood te maken hebt, overkomt dat je veel te vaak.
Het is dus belangrijk om stil te staan bij de mooie dingen in het leven. En we weten allemaal vast wel dat dat niet persé die mooie loonsverhoging of nieuwe auto is. Nee, het mooie van het leven zit hem meestal in de dingen die we zo gewoon vinden: de arm om je schouder, de zon op je gezicht of de fluitende vogels in de bomen.
Want zomaar, in een onbewaakt ogenblik, kan je leven er totaal anders uitzien. Blijkt de horizon van je leven dichterbij te zijn dan je dacht, moet je iemand missen waar je heel veel van hield of is het leven dat je leefde helemaal niet meer zo vanzelfsprekend.
En tegelijk moeten we er niet verbaasd over zijn dat het leven ook nare dingen brengt. Zoals er geen dag is zonder nacht, geen eb zonder vloed en geen licht zonder donker, is er ook geen geluk zonder verdriet. En dat klinkt natuurlijk mooi poëtisch, maar je zult er maar mee te maken hebben… Dat de grond onder je voeten verdwijnt, je alleen maar duisternis ziet en je van narigheid niet weet waar je het zoeken moet. Dat je je in al je ellende totaal verlaten voelt.
Wat ik dan altijd fascinerend vind is de reactie van de omstanders. Ik hoor het zo vaak in de gesprekken die ik met nabestaanden voer. Over de mensen die weten van de ellende en met je meeleven en de moeite nemen om een kaartje of een berichtje te sturen. Heel lief en zeker iets om te blijven doen!
Maar laten we ons dan ook realiseren hoe het écht werkt als je met een groot verlies te maken hebt of als de dood dichtbij komt. Dat je thuis in je eentje misschien wel op de grond ligt te dweilen van ellende en niet weet hoe je hier doorheen komt. En of je ooit weer geluk zult ervaren. En je je, net als Remi, alleen op de wereld voelt maar niemand lastig wil vallen met jouw verdriet. Zeker niet de mensen die hun berichtje besluiten met: ‘je weet me te vinden hé’? Of: ‘als je me nodig hebt kun je altijd bellen’. Dat is net als wanneer je bijna verdrinkt en de mensen op de wal roepen dat je maar naar hen toe moet zwemmen. Dan trekken zij je er wel uit.
Natuurlijk weten we nooit precies hoe die ander zich diep van binnen voelt, we zien tenslotte alleen maar de buitenkant. Die momenten waarop iemand met een groot gat in zijn of haar hart zich opgepept heeft om de wereld tegemoet te treden. De momenten waarop ze, netjes aangekleed en/of goed in de make-up, tóch naar die verjaardag gaan. Dat glas wijn drinken en lachen om een sterk verhaal. En dan lijkt het, voor wie niet verder kijkt, al gauw weer goed te gaan. En misschien is dat op dat moment ook zo.
Maar laten we ons er eens van bewust zijn dat wij inderdaad niet meer zien dat dát: een stukje buitenkant. Vraag eens hoe het écht gaat. Op een geschikt moment. En dat is niet direct boven de vleeswaren in de supermarkt. En realiseer je dan ook dat iemand, juist in het diepst van zijn ellende, helemaal geen kracht hééft om die eerste stap naar de ander toe te zetten.
Laten we het daarom voortaan anders doen. Stuur dat kaartje of berichtje met je medeleven. Maar zet zélf de eerste stap en vraag of je iets voor de ander kunt doen. Of bréng die pan soep, gá langs en neem iemand op een mooie dag mee voor een wandeling. Kook een beetje extra en app dat je eigenlijk nét te veel gemaakt hebt en je graag nog een bord bij zet. Het maakt niet uit wat je doet maar zet zelf die eerste stap en laat het niet van de ander afhangen.
En zullen we dan alsjeblieft NOOIT meer zeggen ‘je weet me te vinden hè’
Karin
Het leven kent heel veel prachtige momenten. Momenten waar we, in de hectiek van het dagelijks leven, soms zomaar langsheen leven. Druk met de dagelijkse bezigheden en alles wat móet gebeuren. En ja, zelfs als je bijna dagelijks met de dood te maken hebt, overkomt dat je veel te vaak.
Het is dus belangrijk om stil te staan bij de mooie dingen in het leven. En we weten allemaal vast wel dat dat niet persé die mooie loonsverhoging of nieuwe auto is. Nee, het mooie van het leven zit hem meestal in de dingen die we zo gewoon vinden: de arm om je schouder, de zon op je gezicht of de fluitende vogels in de bomen.
Want zomaar, in een onbewaakt ogenblik, kan je leven er totaal anders uitzien. Blijkt de horizon van je leven dichterbij te zijn dan je dacht, moet je iemand missen waar je heel veel van hield of is het leven dat je leefde helemaal niet meer zo vanzelfsprekend.
En tegelijk moeten we er niet verbaasd over zijn dat het leven ook nare dingen brengt. Zoals er geen dag is zonder nacht, geen eb zonder vloed en geen licht zonder donker, is er ook geen geluk zonder verdriet. En dat klinkt natuurlijk mooi poëtisch, maar je zult er maar mee te maken hebben… Dat de grond onder je voeten verdwijnt, je alleen maar duisternis ziet en je van narigheid niet weet waar je het zoeken moet. Dat je je in al je ellende totaal verlaten voelt.
Wat ik dan altijd fascinerend vind is de reactie van de omstanders. Ik hoor het zo vaak in de gesprekken die ik met nabestaanden voer. Over de mensen die weten van de ellende en met je meeleven en de moeite nemen om een kaartje of een berichtje te sturen. Heel lief en zeker iets om te blijven doen!
Maar laten we ons dan ook realiseren hoe het écht werkt als je met een groot verlies te maken hebt of als de dood dichtbij komt. Dat je thuis in je eentje misschien wel op de grond ligt te dweilen van ellende en niet weet hoe je hier doorheen komt. En of je ooit weer geluk zult ervaren. En je je, net als Remi, alleen op de wereld voelt maar niemand lastig wil vallen met jouw verdriet. Zeker niet de mensen die hun berichtje besluiten met: ‘je weet me te vinden hé’? Of: ‘als je me nodig hebt kun je altijd bellen’. Dat is net als wanneer je bijna verdrinkt en de mensen op de wal roepen dat je maar naar hen toe moet zwemmen. Dan trekken zij je er wel uit.
Natuurlijk weten we nooit precies hoe die ander zich diep van binnen voelt, we zien tenslotte alleen maar de buitenkant. Die momenten waarop iemand met een groot gat in zijn of haar hart zich opgepept heeft om de wereld tegemoet te treden. De momenten waarop ze, netjes aangekleed en/of goed in de make-up, tóch naar die verjaardag gaan. Dat glas wijn drinken en lachen om een sterk verhaal. En dan lijkt het, voor wie niet verder kijkt, al gauw weer goed te gaan. En misschien is dat op dat moment ook zo.
Maar laten we ons er eens van bewust zijn dat wij inderdaad niet meer zien dat dát: een stukje buitenkant. Vraag eens hoe het écht gaat. Op een geschikt moment. En dat is niet direct boven de vleeswaren in de supermarkt. En realiseer je dan ook dat iemand, juist in het diepst van zijn ellende, helemaal geen kracht hééft om die eerste stap naar de ander toe te zetten.
Laten we het daarom voortaan anders doen. Stuur dat kaartje of berichtje met je medeleven. Maar zet zélf de eerste stap en vraag of je iets voor de ander kunt doen. Of bréng die pan soep, gá langs en neem iemand op een mooie dag mee voor een wandeling. Kook een beetje extra en app dat je eigenlijk nét te veel gemaakt hebt en je graag nog een bord bij zet. Het maakt niet uit wat je doet maar zet zelf die eerste stap en laat het niet van de ander afhangen.
En zullen we dan alsjeblieft NOOIT meer zeggen ‘je weet me te vinden hè’
Karin